Classificatie: 7.6

 

Feiten en context

In gemeenteraadszitting van 23 april 2015 werd een reglement op de inrichting van speelstraten goedgekeurd.

 

Juridische gronden

        Koninklijk besluit van 1 december 1975 over het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, meer bepaald artikelen 2.36 en 22 septies, die de modaliteiten van speelstraten weergeeft, en latere wijzigingen (BS 09.12.1975).

        Ministerieel besluit van 11 oktober 1976, meer bepaald artikel 9.2bis, over de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens en latere wijzigingen (BS 14.10.1976).

        Het wettelijk kader van het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 dat een speelstraat definieert.

        Het uniform politiereglement (UPR) van politiezone MINOS van 18 november 2008 en latere wijzigingen.

        Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 56, en latere wijzigingen.

 

Adviezen

        Het gunstig advies van de jeugdraad over het ontwerp van reglement op speelstraten, uitgebracht in vergadering van 30 januari 2023.

        Het gunstig advies van lokale politie MINOS over het ontwerp van reglement op speelstraten, ontvangen per e-mail op 7 februari 2023.

 

Argumentatie

Een speelstraat kan de vlotte doorstroming naar de omliggende straten belemmeren wat tot ergernis leidt bij de bewoners van deze straten. Bovendien worden de hekken niet altijd op correcte wijze opgeborgen. Om ervoor te zorgen dat de speelstraten effectief worden aangewend om een veilige speelomgeving te creëren zijn een aantal wijzigingen in het reglement noodzakelijk. Bovendien dateert het vorige reglement uit 2015 en zijn bepaalde elementen niet meer van toepassing.

 

Er wordt voorgesteld om onderstaande aanvullingen en wijzigingen op te nemen in het reglement op speelstraten (zie bijlage).

 

Artikel 5. Gemeentelijke voorwaarden

Punt 4, eerste opsomming: 'Ze zijn verantwoordelijk voor het plaatsen en het opbergen van de hekken.'

Wordt aangevuld met:

'Na gebruik worden de hekken zodanig verplaatst dat ze geen hinder meer vormen voor voetgangers, fietsers en andere weggebruikers. Een vlotte doorgang moet steeds gewaarborgd blijven.'

 

Punt 6: 'Een speelstraat kan geopend worden tussen 9 en 20 u.'

Wordt vervangen door:

'(...) tussen 10 en 16 u.'

 

Onder punt 6 wordt een extra punt toegevoegd:

'7. In elke speelstraat wordt een extra nadar geplaatst, voorzien van de banner ‘Plezierstraat’.'

 

Artikel 6: Procedure
Bij punten 1 tot en met 3 wordt 'jeugddienst' telkens vervangen door 'dienst vrije tijd'.

Bij punt 1 wordt 'via een aanvraagformulier' geschrapt en aangevuld met: 'Daarvoor dient een aanvraagformulier ingevuld te worden.' (...)

Bij punt 3 wordt 'secretaris' vervangen door 'algemeen directeur'.

 

Artikel 7: Verantwoordelijkheid

In punt 4 'Het gemeentebestuur verzekert de meters, peters als vrijwilligers (...)' wordt 'als' vervangen door 'en'.

 

Financiële weerslag

Geen

 

Besluit

Jeugdbeleid: Reglement op speelstraten - Aanpassing - Goedkeuring
14 stemmen voor: Ann Theys, Ludo Neyens, Alex Helsen, Lise Poelemans, Lode Stevens, Dirk Somers, Ann Gillis, Jonas Celis, Vera Govaerts, Eric Willems, Peter Wouters, Rudy Roodhooft, Kelly Joris en Frank Gys.
3 stemmen tegen: Jan Herthogs, Eva Pierets en Koen Roskams.
3 onthoudingen: Lindsey Kees, Yve Staes en Ludo van der Velden.
 

Artikel 1

Het gemeenteraadsbesluit van 23 april 2015 aangaande goedkeuring van het reglement op speelstraten wordt met onmiddellijke ingang opgeheven en vervangen door dit reglement.

 

Artikel 2

Het reglement op speelstraten als volgt vast te stellen:

 

Gemeentelijk reglement op speelstraten

Artikel 1: Definitie

Een speelstraat is een openbare weg (of een gedeelte ervan) waar tijdelijk en tijdens bepaalde uren nadarhekken worden geplaatst met het verkeersbord C3 (= verboden te rijden), voorzien van een onderbord met daarop de vermelding ‘speelstraat’.

 

Artikel 2: Wettelijke bepalingen

  1. In de speelstraat is de ganse breedte van de openbare weg voorbehouden voor het spelen, in hoofdzaak door kinderen. De personen die spelen worden gelijkgesteld met voetgangers.
  2. Hebben wel toegang tot speelstraten: 

-

bestuurders van motorvoertuigen, die in de straat wonen of waarvan de garage in de straat gelegen is,

-

prioritaire voertuigen, wanneer de aard van hun opdracht het rechtvaardigt, en voertuigen in het bezit van een vergunning afgeleverd door de beheerder van deze wegen,

-

gebruikers van rolschaatsen, steps, skaters en fietsers.

  1. De bestuurders die in de speelstraten rijden, moeten dat stapvoets doen. Ze moeten de doorgang vrijlaten voor de voetgangers die spelen, hen voorrang verlenen en er zo nodig voor stoppen. Fietsers moeten indien nodig afstappen. De bestuurders mogen de voetgangers die spelen niet in gevaar brengen en niet hinderen. Ze moeten bovendien dubbel voorzichtig zijn voor kinderen.

 

Artikel 3: Wettelijke voorwaarden

1.

De openbare weg die men als speelstraat wil inrichten moet op een plaats liggen waar de snelheid beperkt is tot maximum 50 km per uur.

2.

De speelstraat moet in een straat of wijk liggen met een overheersend woon- karakter, zonder (belangrijk) doorgaand verkeer en mag niet bediend worden door het openbaar vervoer.

3.

Tijdens de uren dat de openbare weg als speelstraat wordt ingericht, mag er speelinfrastructuur geplaatst worden mits de doorgang van toegelaten bestuurders en prioritaire voertuigen niet verhinderd wordt.

4.

De openbare weg die men als speelstraat wil inrichten moet tijdelijk afgesloten worden, telkens tijdens dezelfde uren.

5.

Er moeten voldoende nadarhekken geplaatst worden om de speelstraat duidelijk af te bakenen.

6.

Op de nadarhekken wordt een bord C3 en een onderbord ‘speelstraat’ vast bevestigd.

7.

De uren waarop de straat als speelstraat is ingericht, worden onder het bord van 'speelstraat' vermeld.

8.

De nadarhekken worden geplaatst onder de verantwoordelijkheid van de initiatiefnemers van de speelstraten.

 

Artikel 4: Gemeentelijke bepalingen

1.

De bereikbaarheid van de omliggende straten mag niet in het gedrang komen. Er moet een normale doorstroming van het verkeer mogelijk zijn rond de speelstraat. Er mogen daarbij geen onveilige situaties worden gecreëerd. Omkeerbewegingen moeten vermeden worden.

2.

Het afval wordt gegroepeerd aangeboden op een centraal punt net buiten de speelstraatzone, makkelijk bereikbaar voor de ophaler. Elke bewoner gaat hiermee akkoord. Wordt hierover geen akkoord bereikt, dan kan op de ophalingsdag geen speelstraat worden ingericht.

3.

Occasioneel vervoer zoals thuisverplegers, koerier- en pakjesdiensten, taxi's, … kunnen worden toegelaten na akkoord van de meter(s) en/of peter(s) (zie artikel 5.4). Bij verhuis, werken aan de woning, … kan de speelstraat al dan niet tijdelijk worden opgeheven, steeds na akkoord van de meter(s) en/of peter(s). De opgesomde voorbeelden hierbij zijn niet limitatief.

4.

Ofwel wordt een volledige straat ingericht als speelstraat, ofwel slechts een deel ervan. Dat laatste wordt toegepast als het gaat om lange straten, of in straten met veel kruispunten.

5.

Straten of delen van straten waar zich handelszaken of publieke parkings bevinden, komen niet in aanmerking.

6.

Parkeren gebeurt op de eigen oprit, zodat de straat over de ganse breedte van de weg voorbehouden blijft voor de kinderen. Parkeren op het openbaar domein wordt enkel toegestaan buiten de speelstraatzone.

 

Artikel 5: Gemeentelijke voorwaarden

1.

Een speelstraat is een bewonersinitiatief: bewoners vragen zelf de speelstraat aan. Speelstraten worden niet door het gemeentebestuur aangeduid.

2.

Een speelstraat kan enkel worden ingericht indien meer dan de helft van de bewoners akkoord gaat. Dat aantal wordt vastgesteld aan de hand van een bewonersenquête, waarbij elk huisnummer in de straat één stem heeft. Voor appartementsgebouwen heeft elk brievenbusnummer één stem. Ligt een huis officieel in een andere straat maar komt de voordeur of garage uit op de speelstraat, dan heeft dit huisnummer ook één stem. Indien maar een gedeelte van de straat als speelstraat gebruikt wordt, dan dient ook slechts dat deel van de straat bevraagd te worden.

3.

De aanvraag voor een speelstraat moet vóór 15 mei ingediend worden.

4.

Voor elke speelstraat worden minstens twee meerderjarige buurtbewoners aangesteld als meter of peter:

 

         

Ze zijn verantwoordelijk voor het plaatsen en het opbergen van de hekken. Na

gebruik worden de hekken zodanig verplaatst dat ze geen hinder meer vormen voor voetgangers, fietsers en andere weggebruikers. Een vlotte doorgang moet steeds gewaarborgd blijven.

 

         

Ze houden officieus toezicht op het goede verloop van de speelstraat.

 

         

Ze zijn een aanspreekpunt voor de gemeente en de andere bewoners. Alle aanvragen voor toelatingen e.d. verlopen via hen.

 

         

Ze zijn niet verantwoordelijk voor gebeurlijke ongevallen. De burgerlijke aansprakelijkheid blijft gelden, ouders blijven verantwoordelijk voor hun kinderen.

 

         

Ze ondertekenen het speelstraatcontract dat wordt afgesloten met het gemeentebestuur.

5.

Een speelstraat kan enkel worden ingericht tijdens de zomervakantie. De speelstraat kan worden ingericht voor één dag, gedurende een aaneensluitende periode van maximaal 14 dagen per maand, of één of meerdere vaste dagen per week met een maximum van 14 dagen per maand.

6.

Een speelstraat kan geopend worden tussen 10 en 16 u.

7.

In elke speelstraat wordt een extra nadar geplaatst, voorzien van de banner ‘Plezierstraat’.

 

Artikel 6: Procedure

1.

Een groep van bewoners doet een aanvraag tot het inrichten van een speelstraat bij de dienst vrije tijd. Daarvoor dient een aanvraagformulier ingevuld te worden. Enkel aanvragen van bewoners van de betreffende straat komen in aanmerking.

Elke aanvraag bevat de volgende elementen:

 

         

naam, adres en telefoonnummer van de meter(s) en/of peter(s);

 

         

plaats, datum en openingsuren van de speelstraat;

 

         

de bewonersenquête waaruit blijkt dat de meerderheid van de bewoners van de straat - of het deel van de straat - die/dat ingericht wordt als speelstraat, zich akkoord verklaart met de speelstraat;

 

         

een ingevuld en ondertekend speelstraatcontract.

 

Het aanvraagformulier, de bewonersenquête en het speelstraatcontract zijn te verkrijgen bij de dienst vrije tijd of op het e-loket van de gemeentelijke website.

2.

De dienst vrije tijd onderzoekt of voldaan werd aan de voorwaarden. Bij een gunstige beoordeling stuurt de dienst vrije tijd de aanvraag door naar de lokale politie om de wettelijke bepalingen en voorwaarden te toetsen. De politie geeft haar advies aan de dienst vrije tijd die vervolgens een advies formuleert aan het schepencollege.

3.

De dienst vrije tijd brengt de aanvragers op de hoogte van de beslissing van het schepencollege. Bij goedkeuring wordt het speelstraatcontract ondertekend door de burgemeester en de algemeen directeur. Het ondertekende speelstraatcontract wordt vervolgens opnieuw bezorgd aan de aanvragers.

 

Artikel 7: Verantwoordelijkheid

1.

Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 vermeldt in artikel 9.2. bis dat 'De hekken worden geplaatst onder het toezicht en de verantwoordelijkheid van de wegbeheerder'. De wegbeheerder is in dit geval de gemeente Wommelgem. Wommelgem is verantwoordelijk voor het feit dat de hekken en signalisatie aan de wettelijke criteria voldoen.

2.

Bij schade aan derden, zowel materiële als lichamelijke, kan de gemeente niet verantwoordelijk gesteld worden. De bewoners blijven aansprakelijk voor eventueel toegebrachte schade door henzelf of hun kinderen aan derden. Het inrichten van een speelstraat ontslaat de ouders niet van het toezicht op hun kinderen.

3.

De meter(s) en/of peter(s) zijn niet verantwoordelijk voor de kinderen die op straat spelen. De ouders blijven zelf verantwoordelijk.

4.

Het gemeentebestuur verzekert de meters, peters en vrijwilligers van de speelstraat, zowel voor burgerlijke aansprakelijkheid als voor lichamelijke schade. De andere bewoners blijven aansprakelijk voor eventuele toegebrachte schade door henzelf of hun kinderen.

5.

Indien bewoners de bepalingen van het reglement niet naleven, kan de beslissing tot het inrichten van een speelstraat steeds ingetrokken worden. Wanneer de beslissing tot intrekking is genomen en de meter(s) en/of peter(s) hiervan schriftelijk op de hoogte zijn gebracht, kan door de betrokken bewoners geen speelstraat meer ingericht worden voor de toegestane periode.